Tot die tijd droegen kinderen gewoon wit. Roze werd zelfs als jongensachtig gezien, omdat het een sterke kleur is. Het delicate blauw was toen meer voor meisjes.
Het toeschrijven van kleuren aan verschillende geslachten was niets meer dan een marketingtrucje; zo konden kinderen kleding niet delen en moesten ouders steeds verschillende setjes voor broer en zus kopen. Fabrikanten hebben besloten dat roze voor meisjes was en blauw voor jongens, en dit zo veel gepromoot dat het nu een maatschappelijke norm is geworden.
Eeuwenlang wilden vrouwen zo vol mogelijk zijn. Volheid was een statussymbool; je kon blijkbaar meer dan genoeg eten kopen.
In de afgelopen honderd jaar veranderde het schoonheidsbeeld veel, om de tien jaar was het iets anders, maar de meest drastische ommekeer kwam pas in de jaren 60. Door inzet van het model Twiggy werd plotseling het slank-zijn gepromoot. We werden doodgegooid met (voor)beelden van slanke modellen, waardoor we zelfs eten lieten staan om aan de nieuwe eisen te voldoen. Waarom? Slankere figuren kostten de fabrikanten minder stof.
Pas vanaf 1925 werd een gebruinde huid een schoonheidsideaal. Daarvoor was het eeuwenlang een statussymbool om een zo wit mogelijke huid te hebben. Men kon hieraan zien dat je welvarend genoeg was om niet buiten in de zon te hoeven werken. Om een zo bleek mogelijke teint te krijgen werd tot het uiterste gegaan: bloedsuikers op de snoet en loodwit op de huid. Loodwit is giftig, de een na de ander liet dan ook het loodje. Toch bleef dit honderden jaren lang het streven.
Plotseling werd dit ideaalbeeld omgedraaid. De industriële revolutie trok de welvaart aan en begin vorige eeuw kon de middenklasse ineens ook vakanties naar warmere landen veroorloven. Een door de zon gebruinde huid was het bewijs hiervan. Sindsdien is het het schoonheidsideaal om een gebruinde huid te hebben.
Market Garden: para's vertellen
Hoe kwam er een verkeerde naam op de ijskelder in Sonsbeek?
Vrouwen tot 1956 'handelingsonbekwaam'